Met het planten van in totaal 55 bomen rondom Boomfeestdag is het totaal aantal bomen dat het mini-arboretum in Warnsveld omvat, gegroeid tot 130. Het betreft vrijwel allemaal bijzondere bomen en struiken die geschikt zijn voor de omgeving van het Havepad (zowel zurige als kalkrijke grond) en bestand zijn tegen het veranderende klimaat in onze streken.

Wat voor soort bomen staan daar nu? Hieronder vindt u alle exemplaren op alfabetische volgorde.

 

Abies grandis (reuzenzilverspar)

Noorse esdoorn

Abies nordmanniana (Nordmannspar)

Acer davidii (Chinese esdoorn of Davids esdoorn)

Acer monspessulanum (Franse esdoorn)

Acer negundo (vederesdoorn)

Acer platanoides (Noorse esdoorn)

Acer platanoides ‘Columnare’ (Noorse esdoorn)

Acer platanoides ‘Royal Red’ (Noorse esdoorn)

Acer pseudoplatanus (gewone esdoorn of bergesdoorn)

Acer pseudoplatanus ‘Leopoldii’ (gewone of bergesdoorn)

Acer rubrum (rode esdoorn)

Acer saccharinum (zilveresdoorn of witte esdoorn)

Aesculus flava (Amerikaanse paardenkastanje of gele pavia)

Aesculus hippocastanum (witte paardenkastanje)

Aesculus indica (Indische paardenkastanje)

Albizia julibrissin (Perzische slaapboom)

Alnus incana (witte els)

Amelanchier alnifolia ‘Obelisk’ (krentenboompje)

Betula nigra (zwarte of rode berk)

witte paardenkastanje

Betula papyrifera (papierberk)

Betula pendula (ruwe berk)

Betula pendula ‘Tristis’ (treurberk)

Betula utilis ‘Doorenbos’ (witte Himalayaberk)

Broussonetia papyrifera (papiermoerbij)

Calocedrus decurrens (wierookceder)

Carpinus betulus ‘Columnaris’ (gewone haagbeuk)

Carya glabra (gladbladige bitternoot)

Castanea sativa (tamme kastanje)

Cedrus libani ‘Atlantica’ (Libanonceder)

Celtis australis (Oosterse of Europese netelboom)

Celtis occidentalis (Westerse netelboom of zwepenboom)

Cercidiphyllum japonicum (hartjesboom of katsuraboom)

Chitalpa tashkentensis (woestijnwilg)

Cladrastis kentukea (geelhout)

Corylus colurna (Turkse hazelaar of boomhazelaar)

Davidia involucrata var. vilmoriniana (zakdoekenboom of vaantjesboom)

Diospyros lotus (lotusboom)

Eucommia ulmoides (gummiboom)

Fagus sylvatica (gewone beuk)

Fagus sylvatica ‘Dawyck’ (gewone beuk)

Fagus sylvatica ‘Asplenifolia’ (varenbeuk)

Fagus sylvatica ‘Atropunicea’ (bruine beuk)

Fagus sylvatica ‘Dawyck Purple’ (gewone beuk)

Fagus sylvatica ‘Pendula’ (treurbeuk)

Fagus sylvatica ‘Rotundifolia’ (beuk)

een groep beuken

Fraxinus excelsior (gewone es)

Fraxinus ornus (pluim-es)

Ginkgo biloba (Japanse notenboom)

Gleditsia triacanthos f.  ‘Inermis’ (valse Christusdoorn)

Gleditsia triacanthos ‘Sunburst’ (valse Christusdoorn)

Valse Christusdoorn

Gymnocladus dioica (doodsbeenderenboom)

Idesia polycarpa (0ranjekers)

Juglans ailantifolia (Japanse walnoot)

Juglans regia (gewone walnoot of okkernoot)

Koelreutheria paniculata (Chinese vernisboom of blazenboom, ook wel lampion- en of gele zeepboom)

Liriodendron tulipifera ‘Fastigiatum’ (Amerikaanse tulpenboom)

Magnolia acuminata (bosmagnolia)

Magnolia grandiflora (grootbloemige, zuidelijke of groenblijvende magnolia)

Magnolia kobus (beverboom)

Magnolia tripetala (Westerse magnolia)

Malus baccata ‘Street Parade’ (appelras)

Malus domestica ‘Schone van Boskoop’ (appelras)

Malus ‘Liset’ (sierappel)

Melia azedarach (kralenboom)

Metasequioa glyptostroboides (Chinese moerascipres)

Morus alba  (2 st.) (witte moerbei)

Morus nigra (zwarte moerbei)

Nothofagus obliqua (schijnbeuk)

Nyssa sylvatica (zwarte tupeloboom)

Ostrya carpinifolia (Europese hopbeuk)

Parrotia persica (Perzisch ijzerhout)

Parrotia persica ‘Vanessa’ (Perzisch ijzerhout)

Perzisch ijzerhout

Pauwlownia tomentosa (Anna Paulownaboom)

Phellodendron amurense (amur kurkboom)

Picea abies (fijnspar)

Pinus strobus (Weymouthden)

Platanus occidentalis (Westerse plataan)

Platanus orientalis (Oosterse plataan)

Populus nigra (Europese zwarte populier)

Populus nigra ‘Italica’ (Italiaanse populier)

Populus tremula ‘Erecta’ (ratel- of trilpopulier of esp)

Prunus avium (zoete kers, kriek, Limburgse boskriek of wilde kers of boskers)

Prunus serrulata ‘Kanzan’ (3 st.) (sierkers)

Pseudolarix amabilis (goudlork)

Pterocarya fraxinifolia (vleugelnoot)

Pterocarya stenoptera (Chinese vleugelnoot)

Pterostyrax corymbosa (vleugelstorax)

Pyrus calleryana ‘Chanticleer’ (peer)

Quercus bicolor (tweekleurige eik)

Quercus castaneifolia (kastanjebladige eik)

Quercus cerris (moseik of Turkse eik)

Quercus coccinea (scharlakeneik)

Quercus frainetto (Hongaarse eik)

Quercus ilex (steeneik)

Quercus macranthera (Perzische eik)

Quercus palustris (moeraseik)

Quercus petraea (wintereik)

Quercus phellos (wilgbladige eik)

Quercus pubescens (zachte of zachtharige eik)

Quercus robur (zomereik of inlandse eik)

Quercus robur ‘Fastigiata’ (zomereik of inlandse eik)

Robinia pseudoacacia ‘Frisia’ (goud robinia)

Robinia viscosia (kleverige of lijmacacia)

een goud robinia

Salix alba (gewone wilg of schietwilg of witte wilg)

Salix babylonica ‘Tortuosa’ (kronkelwilg)

Salix cineria (grijze wilg)

Salix ×sepulcralis ‘Chrysocoma’ (gele treurwilg)

Sassafras albidum (sassafras)

Sequoia sempervirens (kustmammoetboom of -sequoia)

Sequoiadendron giganteum (mammoetboom)

Sorbus ×thuringiaca (bastaard meelbes)

Sorbus aria (meelbes)

Sorbus aucuparia (gewone lijsterbes)

Sorbus intermedia (Zweedse meelbes)

Styphnolobium japonicum (honingboom)

Taxodium distichum (moerascipres)

Tetradium daniellii (bijenboom)

Thujopsis dolabrata (hibacipres)

Tilia cordata ‘Corinthian’ (winterlinde of kleinbladige linde)

Tilia cordata ‘Rancho’ (winterlinde of kleinbladige linde)

Tilia henryana (gewimperde linde)

Tilia mongolica (Mongoolse linde)

Tilia platyphyllos (zomerlinde of grootbladige linde)

Tilia tomentosa (zilverlinde)

Tilia ×europaea ‘Euchlora’ (krimlinde)

Ulmus ×hollandica ‘Wredei’ (goud-iep)

Ulmus laevis (fladderiep)

Zelkova serrata (Japanse schijn-iep)

Japanse schijn-iep